De klok geeft al 15.30 uur aan. Er is nog niemand gekomen om mij op te halen. Ik word met de minuut zenuwachtiger. En dan ineens; een korte klop op de deur en de zuster komt binnen. "Ga je mee? We gaan naar beneden." Ik schrik maar toch knik ik kort en kom omhoog van het bed. Ik ga in de rolstoel zitten en papa staat ook op. "Ik ga mee", zegt hij. De deur gaat open en we gaan de gele gang in. Het is stil op de gang. Ik kijk de zalen in en zie veel kinderen slapen. Hun ouders zitten naast hun bed en veel vaders lezen de krant. Ik zie een moeder breien. In het bed naast haar ligt een klein kaal kindje. Het kindje ziet er grijs en dun uit. Het lijkt wel een skelet met een velletje er om heen. Ik huiver er van. Arm kindje, nog zo klein. We zijn aangekomen bij de gele lift met het ronde raampje en hortend en stotend gaat de lift naar de kelder. De kelder.....wat een plek voor een prikkamer. We moeten even in de wachtkamer plaats nemen. De zuster gaat een kamer in. Terwijl we daar zitten te wachten kijk ik om me heen. Ik zie een raam hoog boven de grond. Af en toe zie ik daar achter benen voorbij komen. Het zijn de mensen die buiten op de stoep voorbij lopen. Het voelt een beetje alsof ik hier onzichtbaar ben. Niemand die buiten voorbij loopt ziet ons. Ik voel me oprecht weggestopt in de kelder. Alsof ik niet gezien mag worden. Er staat een klein modelbootje in een glazen kastje midden in de wachtkamer. Zou een dokter dat schip gemaakt hebben? Het ziet er hier saai uit. Er staan lange houten banken tegen de muur. Naast de bank staat een rieten mandje met houten puzzeltjes erin. Achter een gele balie zit een assistente met een groot dik boek voor zich. Ik friemel nerveus aan mijn vingers. Af en toe kijk ik zenuwachtig naar de deur waar achter de zuster zojuist verdween.

Toch nog onverwachts gaat de deur open. "Liset, je mag binnen komen". Papa duwt mijn rolstoel naar binnen. Daar zit een dokter met donker krulletjes haar. Het is niet dokter Voute zie ik. Deze dokter ken ik nog niet. Hij zit achter een ijzeren tafel. Op de tafel staat een bakje waar van alles in zit. Ik zie een groene band, 3 spuiten die vol zitten met knalrode vloeistof, naalden etc. Ik slik en voel een beetje paniek omhoog komen. Het ruikt hier raar. Heel erg naar ziekenhuis. Een vieze lucht die me misselijk maakt. Papa ziet het en pakt mijn hand. We zeggen niks. De dokter zegt dat ze eerst wat bloed willen prikken. Hij vraagt om mijn vinger. Huh? Mijn vinger? "In dit ziekenhuis halen we het liefst bloed uit de vinger omdat je met de chemo al zo vaak geprikt moet worden", legt de dokter uit. Ik geef hem mijn vinger en hij smeert er wat zalf op. Geen idee waar dat voor is. De dokter vertelt verder ook niks. Terwijl de zalf erop zit pakt hij een naaldje die in een papieren verpakking zit en duwt het naaldje door de verpakking heen eruit. Hij pakt mijn vinger en prikt in 1 beweging de naald in mijn vinger. Auw! Dit verwachtte ik niet en het ging zo snel. Meteen vormt zich een mooie druppel donkerrood bloed boven op mijn vinger. Hij pakt een buisje en verzamelt een paar druppels bloed van mijn vinger in het buisje. Hij duwt daarbij elke keer hard op mijn vinger om een nieuwe druppel te krijgen. Mijn vinger voelt beurs en gevoelloos. De laatste druppel laat hij vallen op een glazen plaatje. Hij pakt een ander glazen plaatje en strijkt vervolgens mijn druppel bloed uit over het gehele plaatje. "Deze gaat onder de microscoop", zegt hij. Ik mag een pleister uitzoeken. Pleisters met plaatjes erop. Prinsessen en dieren. Ik kies een dier en de pleister gaat om mijn vinger. "Ben ik nu klaar?", vraag ik met een klein stemmetje. "Nee, het grote werk moet nog beginnen", zegt de krullendokter. Ik kijk naar papa en voel dat ik bijna moet huilen. Leg je arm maar neer zegt de dokter we gaan een infuus prikken. Ik leg mijn arm neer op de metalen tafel. De groene band gaat er om heen en de dokter gaat met zijn vinger voelen. Hij zegt niks. Dan zie ik hem een naald met een slangetje eraan pakken uit het bakje hij gaat ermee naar mijn arm en dan.......ik begin te huilen. Ik ben er klaar mee. "Neeeeeee, nee, nee ik wil niet! Ik wil niet spugen en kaal worden en ziek worden, ik wil geen pijn meer, geen prikken. Ik wil naar huis!!". Tranen met tuiten komen eruit. Ik kan niet meer stoppen. De dokter kijkt ongemakkelijk en papa probeert me te troosten. De zuster gedraagt zich een beetje alsof ze hier geen tijd voor heeft. "Kom kom, het valt allemaal wel mee,het had al klaar kunnen zijn werk maar even mee dan ben je hier het snelste weer weg". Ze pakt mijn arm en legt hem weer op tafel. Tegen zoveel kilheid ben ik niet opgewassen. Verbouwereerd doe ik wat ze zegt. Zachtjes huil ik verder.. maar ik laat gebeuren wat er moet gebeuren. Papa heeft mijn hand vast en zegt dat ik mag knijpen als ik pijn heb. De naald van het infuus verdwijnt in mijn arm en het brand, het doet zo'n pijn! Ik huil harder maar ik word simpelweg genegeerd door de dokter en de zuster. Papa kijkt gebroken en ik zie zijn onmacht. Ik kalmeer een beetje want ik zie dat ik hem van streek maak. Ik knijp in zijn hand en samen zien we hoe de dokter het infuus vast plakt aan mijn arm. Er word een spalkje onder mijn arm gelegd en daar word een verband om gedraaid zodat ik mijn arm niet meer kan buigen. Het zit strak en het voelt beklemmend. De dokter pakt 1 van de spuiten die gevuld is met de vuurrode vloeistof. Ik kijk hem aan en vraag wat dit is. "Dit is Adriamycine, het is 1 van de medicijnen die bij de chemotherapie hoort. Je krijgt dit 3 dagen lang toegediend. 3 Spuiten achter elkaar." Terwijl hij dit zegt pakt hij het slangetje van mijn infuus en sluit dit aan op de spuit. Ik zie hoe de vuurrode vloeistof door het slangetje mijn arm inloopt. Hij spuit pijnlijk snel. Als de eerste spuit erin zit sluit hij de tweede spuit aan. Terwijl deze ingespoten word voel ik me ineens heel erg naar worden. Er ontstaat een wee gevoel in mijn buik en een warmte in mijn lichaam en keel. Een gevoel alsof ik in mijn broek plas en ik word een beetje misselijk. Ik heb het gevoel dat ik flauw ga vallen. De tweede spuit zit erin. De derde word aangesloten. Het gevoel word steeds erger. Ik geef aan wat ik voel en ik krijg een bakje in mijn handen geduwd. Ik voel me raar in mijn hoofd en mijn lijf lijkt te branden van binnen. Een gevoel van chemisch branden. Een hele vreemde smaak krijg ik in mijn mond. Alle controle lijkt verdwenen. Ik word op een bed in de kamer neergelegd en mag hier even bijkomen. De spuiten zitten erin en als laatste werd er een spuitje met een zoutoplossing aangesloten. Dit werd ook mijn lijf ingespoten. Daarna werd er een dopje op het infuus gedaan. "De rest krijg je boven." De rest? Komt er dan nog meer?? Het nare gevoel word langzaam iets minder. En mijn rode kop zakt ook wat af. "En nu? ", vraag ik aan de dokter. Word ik nu niet meer misselijk? En wanneer merk ik dat mijn haar uit valt? "Ik weet het niet", zegt hij. "Dat is bij iedereen anders. Je moet het dus even afwachten." Gek word ik van die onzekerheid. Ik ga weer in de rolstoel zitten en we gaan de kamer uit. We mogen weer naar de afdeling. Bij de lift stel ik alle vragen over misselijkheid en kaalheid opnieuw aan mijn vader. Gek moet hij van mij zijn geworden. Zo intens bang was ik voor wat komen ging..
Op de afdeling aangekomen reden we meteen door naar mijn kamer. Ik voelde me zweterig en trillerig. Er stond een zuster op de kamer. Er stond een infuuspaal klaar waaraan een fles hing met een vuurrode zak er om heen met een doodskop erop. De zuster had handschoenen aan en een schort voor. "Dit is de volgende chemo", zei ze. Dit is de Cysplatinum."De rode zak zit er om heen omdat er geen licht bij mag komen. En om aan te geven dat wat er in de fles zit extreem giftig is". En dat moet mijn lichaam in, bedenk ik mij meteen. Terwijl ik mij zo zwak voel door de rode vloeistof word deze fles meteen aangesloten op het slangetje van mijn infuus. Ik krijg gewoon geen tijd om bij te komen van het 1 of het andere gebeurd alweer. Ik lig op bed en zie hoe de vloeistof uit de fles langzaam mijn arm binnen loopt. Hoe kan dit goed voor me zijn terwijl er een doodskop op de fles staat..voel ik me al misselijk? Ik trek aan mijn haar. Het zit nog muurvast. Gelukkig. Ik voel me raar. Door alles wat er in een sneltrein vaart gebeurd en door alles wat er mijn lichaam in gaat. Papa vraagt of ik een film wil kijken. We hebben een videorecorder op de kamer en ik heb een tv voor mezelf alleen. Dat is een luxe. Papa komt terug met de smurfen. Hij stopt de band in de recorder maar ik zie niks. Mijn hoofd maalt maar door. En ik ben alert op elk seintje van mijn lichaam. Ik ben zo moe. Mijn ogen vallen elke keer dicht maar ik hoor alles. Ik voel me slecht. De smurfen blijven aan staan en ik hoor de begin en eind tune keer op keer als er weer een nieuwe serie begint. Het is buiten al donker en de sfeer veranderd. Een donker ziekenhuis is zo anders dan een ziekenhuis overdag. De gordijnen zijn dicht en ik ruik in de verte etensgeuren. Op de gang hoor ik borden en glazen rinkelen. Ik moet niet aan eten denken. Het infuus druppelt nog steeds door. Ik voel weer dat weeë gevoel in mijn buik en ineens zit ik rechtop. "Ik moet spugen". Mijn ouders vliegen omhoog, in paniek zoeken ze naar iets. Te laat...de eerste lading land in bed. Snel rent mijn vader de gang op en kom terug met een ijzeren bak. Net op tijd. Hulpeloos kijk ik mijn ouders aan. Help me, denk ik. En ik spuug weer.
Het is begonnen...Het gif heeft elke vezel van mijn lichaam bereikt.... ©

-De MRI uitslag van de knie-
A.s. zondag om 12.00 uur
Reactie plaatsen
Reacties
Prachtig en indringend geschreven....
"Het voelt een beetje alsof ik hier onzichtbaar ben"
Wauw
*slik*
π’π
Pff. Wat heftig weer, ik zie je zo voor me π’π
Wederom met brok in mn keel je verhaal gelezen... heftig...π’
ππ
ππ
Elke keer vind ik het weer zo erg voor je dat er geen goede begeleiding is geweest en dat er geen liefdevolle verzorging is geweest. Ik heb 3 herinneringsmomenten, maar die kunnen ook zijn geweest van de tijd dat ik 7 was en in het Emma lag voor een dubbele liesbreuk. 1 is dat ik niet mocht huilen na de operatie, 2 dat ik mijn bord moest leeg
eten en het was iets wat ik niet lekker vond en 3 dat ik over 3 nachtjes naar huis mocht. Ook niet al te positief dus, maar het is iets wat ik niet kan begrijpen...
Snik.... wat heftig behandelend worden zonder worden en alleen met daden.
Wat zou uitleg en rust toch een groot verschil maken
Nu wordt het wel heel akelig herkenbaar en voelbaar. Je bent dapper en mijn held omdat je dit op schrijft. Ook een beetje voor mij. π₯
Tranen in mijn ogen om al het leed dat jij en je ouders hebben moeten doormaken π₯
Lieve Lysette Wat beschrijf je hoe het allemaal gegaan is in geweldige details. Arm meisje ... Voel zo mee met tranen In mijn ogen. Big hugs from me πππ
πͺπ»ππ»ππ»π
Zo heftig weer...... je schrijft veel te goed! ;) xx
Onvoorstelbaar , de manier waarop ze met je omgingen. Wat een angst had je . Je hebt het weer heel mooi verwoordt ,ik ben er van onder de indruk.... ππΉ
Wordt er stil van...β¦.
Lief, klein kind toch.......
πzooooo dapper.
Hmm, dat doen ze niet meer, druppel bloed uit je vinger op een glasplaatje doen en dan uitsmeren met een ander glasplaatje. Was ik vergeten....
Oh, oh, wat een verdriet en verschrikking.. iedere dokter en verpleger zou dit VERPLICHT moeten lezen. Ik hoop en bid dat dit inmiddels is veranderd. Zoveel hulpeloosheid..