Dag 14. Het is twee weken geleden dat mijn been eraf ging. Precies 14 dagen geleden verdween mijn knie, een stuk van mijn onderbeen en bijna mijn gehele bovenbeen, uit mijn leven. Om vervolgens nooit meer terug te komen. Wat overbleef is een misvormd mini beentje met een voet die achterstevoren op kniehoogte zit. De artsen die ‘s morgens visite lopen en uiterst enthousiast reageren als ze mijn kleine been zien, maken hoge kreetjes van blijdschap. “De operatie is zo goed gelukt! Je zal wel blij zijn! Fijn hè dat niet je hele been eraf hoefde en dat je nu toch nog een stukje been van jezelf hebt. Goed dat je deze keuze hebt gemaakt." En met een duim omhoog lopen ze lachend weer weg… Waarom ziet niemand mij? Waarom ziet niemand wat er in mijn hart om gaat? Ik wilde deze keuze helemaal niet hoeven maken, ik heb deze keuze gemaakt omdat ik me gedwongen voelde door mijn omgeving. Een keuze omdat kanker uit mijn lichaam gehaald moest worden. Niet omdat ik daar ook maar enige zeggenschap in had. Ik moét blij zijn omdat ik geen uitzaaiingen. Ik moet blij zijn dat ik een omkeerplastiek heb die goed gelukt is. Ik moet blij zijn dat ik nog leef. Ik moet blij zijn omdat.....maar ik ben niet blij. Ik voel me van binnen èn van buiten gehavend. Kaal, lelijk, extreem dun, een been wat nooit meer normaal zal zijn, een ander been die totaal niet meer functioneert zoals het hoort. Nooit meer rennen, nooit meer korte jurkjes met blote benen, nooit meer trots op mijn haar, nooit meer zoals het was, nooit meer de oude Liset, nooit meer zoals vroeger. Gewoon normaal….